Diferencia entre revisiones de «Opmaat BV9»

(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Kopweg}} {{BV9}} <h3>Opmaat bij de les 9 Dromen</h3> <br> <h5>De ruimte (Duur ± 2 minuten / de hele groep)</h5> De stoelen staan in een kring. Iedereen zit. Op...')
 
Línea 2: Línea 2:
 
{{BV9}}
 
{{BV9}}
  
<h3>Opmaat bij de les 9 Dromen</h3>
+
<div class="row">
 +
<div class="small-2 columns">
 +
{{Wit}}
 +
    </div>
 +
<div class="row">
 +
<div class="small-6 columns">
 +
 
 +
<h3>'''Opmaat - Les 9 Dromen'''</h3>
 
<br>
 
<br>
<h5>De ruimte (Duur ± 2 minuten / de hele groep)</h5> De stoelen staan in een kring. Iedereen zit. Op het bord / flip-over staat de structuur van de les. De docent kan dit ook nog even bespreken.
+
<h5>'''De ruimte'''</h5>
 +
<h5>Duur ± 2 minuten / de hele groep</h5>
 +
De stoelen staan in een kring. Iedereen zit. Op het bord / flip-over staat de structuur van de les. De docent kan dit ook nog even bespreken.
 
<br>
 
<br>
<h4>Energieke Dynamiek (Duur ± 20 minuten / de hele groep)</h4>  
+
<br>
''Associëren op muziek''<br>
+
<h4>'''Energieke Dynamiek'''</h4>
 +
<h5>Duur ± 5 minuten / de hele groep</h5>
 +
<h5>'''''Associëren op muziek'''''</h5>
 
De docent vraagt vijf deelnemers die het leuk vinden om het liedje dat ze hebben uitgekozen en meegebracht - waar ze op wegdromen - beschikbaar te stellen. Als docent start je met een eigen nummer. In de klas luister je met z’n allen naar de verschillende nummers. Na elk nummer schrijven de deelnemers hun associaties op.  Vervolgens leest iedereen een woord voor uit zijn/haar associatie. Zo doe je alle nummers. Oefening in het los en vrij denken, dit kan aanzet geven tot nieuwsgierigheid.
 
De docent vraagt vijf deelnemers die het leuk vinden om het liedje dat ze hebben uitgekozen en meegebracht - waar ze op wegdromen - beschikbaar te stellen. Als docent start je met een eigen nummer. In de klas luister je met z’n allen naar de verschillende nummers. Na elk nummer schrijven de deelnemers hun associaties op.  Vervolgens leest iedereen een woord voor uit zijn/haar associatie. Zo doe je alle nummers. Oefening in het los en vrij denken, dit kan aanzet geven tot nieuwsgierigheid.
 
<br>
 
<br>
Línea 14: Línea 25:
 
<br>
 
<br>
 
<br>
 
<br>
<h4>Dynamiek passend bij het onderwerp (Duur ± 10 minuten / de hele groep)</h4>
+
<h4>'''Dynamiek passend bij het onderwerp'''</h4>
''Improvisatie kring''<br>
+
<h5>Duur ± 10 minuten / de hele groep</h5>
 +
<h5>'''''Improvisatie kring'''''</h5>
 
De docent vertelt dat ze samen ter plekke een verhaal gaan maken met stem en lichaam. De docent geeft een voorbeeld:<br>
 
De docent vertelt dat ze samen ter plekke een verhaal gaan maken met stem en lichaam. De docent geeft een voorbeeld:<br>
 
De eerste persoon visualiseert een grote dikke boom, de persoon rechts daarvan herhaalt de visualisatie van de boom en zegt dat naast een boom een heel klein kaboutervrouwtje zit op een paddenstoel, de derde persoon herhaalt de visualisatie van het kleine kaboutervrouwtje en vertelt dat zij heel HEEL erg aan het huilen was, zo erg dat er een zee van water ontstond. De docent begint de improvisatie met de boom en daarna mogen de deelnemers één voor één het verhaal aanvullen.
 
De eerste persoon visualiseert een grote dikke boom, de persoon rechts daarvan herhaalt de visualisatie van de boom en zegt dat naast een boom een heel klein kaboutervrouwtje zit op een paddenstoel, de derde persoon herhaalt de visualisatie van het kleine kaboutervrouwtje en vertelt dat zij heel HEEL erg aan het huilen was, zo erg dat er een zee van water ontstond. De docent begint de improvisatie met de boom en daarna mogen de deelnemers één voor één het verhaal aanvullen.
Línea 22: Línea 34:
 
''In deze dynamiek wordt taal gebruikt, inlevingsvermogen, creativiteit, lef en concentratie. De docent kan tussendoor de visualisaties herhalen om de theatraliteit en daarmee de inleving en creativiteit te vergroten''<br>
 
''In deze dynamiek wordt taal gebruikt, inlevingsvermogen, creativiteit, lef en concentratie. De docent kan tussendoor de visualisaties herhalen om de theatraliteit en daarmee de inleving en creativiteit te vergroten''<br>
  
 
+
    </div>
 +
    </div>
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=Beter Verwoorden|Les={{BASEPAGENAME}}}}
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=Beter Verwoorden|Les={{BASEPAGENAME}}}}

Revisión del 20:03 17 dic 2019

ir a inicioir air air air air air air air air air air aMT9.jpeg

Opmaat - Les 9 Dromen


De ruimte
Duur ± 2 minuten / de hele groep

De stoelen staan in een kring. Iedereen zit. Op het bord / flip-over staat de structuur van de les. De docent kan dit ook nog even bespreken.

Energieke Dynamiek

Duur ± 5 minuten / de hele groep
Associëren op muziek

De docent vraagt vijf deelnemers die het leuk vinden om het liedje dat ze hebben uitgekozen en meegebracht - waar ze op wegdromen - beschikbaar te stellen. Als docent start je met een eigen nummer. In de klas luister je met z’n allen naar de verschillende nummers. Na elk nummer schrijven de deelnemers hun associaties op. Vervolgens leest iedereen een woord voor uit zijn/haar associatie. Zo doe je alle nummers. Oefening in het los en vrij denken, dit kan aanzet geven tot nieuwsgierigheid.

Oefening in het los en vrij denken, dit kan aanzet geven tot nieuwsgierigheid. Bewustwording van verschillen in beleving tussen de deelnemers

Dynamiek passend bij het onderwerp

Duur ± 10 minuten / de hele groep
Improvisatie kring

De docent vertelt dat ze samen ter plekke een verhaal gaan maken met stem en lichaam. De docent geeft een voorbeeld:
De eerste persoon visualiseert een grote dikke boom, de persoon rechts daarvan herhaalt de visualisatie van de boom en zegt dat naast een boom een heel klein kaboutervrouwtje zit op een paddenstoel, de derde persoon herhaalt de visualisatie van het kleine kaboutervrouwtje en vertelt dat zij heel HEEL erg aan het huilen was, zo erg dat er een zee van water ontstond. De docent begint de improvisatie met de boom en daarna mogen de deelnemers één voor één het verhaal aanvullen.

In deze dynamiek wordt taal gebruikt, inlevingsvermogen, creativiteit, lef en concentratie. De docent kan tussendoor de visualisaties herhalen om de theatraliteit en daarmee de inleving en creativiteit te vergroten