Diferencia entre revisiones de «Voorbereiden BV6»

Línea 14: Línea 14:
 
<br>
 
<br>
 
<br>
 
<br>
<h4>'''Checklist voor les 6 Dieren'''</h4>
+
<h4>'''Checklist voor les 6 - Dieren'''</h4>
 
* Stoelen staan in een kring en iedereen zit. Buiten de kring staan eventueel tafels om te schrijven of er worden clip-borden gebruikt.
 
* Stoelen staan in een kring en iedereen zit. Buiten de kring staan eventueel tafels om te schrijven of er worden clip-borden gebruikt.
* De docent bereid een verhaal voor over een keer dat hij/zij iets meemaakte met een dier. De docent kiest zorgvuldig en houdt rekening met de vorm van vertellen waarmee hij/zij de impact kan modereren. Houdt het simpel, niet te groot qua emoties, een gemiddelde ervaring die kleur krijgt door details is meestal het effectiefst. De vorm waarin de docent vertelt staat model voor de deelnemers. Vertel precies en helder.
+
* De docent bereidt een verhaal voor over een keer dat hij/zij iets meemaakte met een dier. De docent kiest zorgvuldig en houdt rekening met de vorm van vertellen waarmee hij/zij de impact kan modereren. Houdt het simpel, niet te groot qua emoties, een gemiddelde ervaring die kleur krijgt door details is meestal het effectiefst. De vorm waarin de docent vertelt staat model voor de deelnemers. Vertel precies en helder.
* De docent breidt de verbindingsvraag voor. In deze les over dieren: "Wie van jullie kan vertellen over een keer dat je iets meegemaakt hebt met een dier?"
+
* De docent bereidt de verbindingsvraag voor. In deze les over dieren: "Wie van jullie kan vertellen over een keer dat je iets meegemaakt hebt met een dier?"
 
* Stiften.
 
* Stiften.
 
* Belletjes, of ander instrument dat geluid maakt.
 
* Belletjes, of ander instrument dat geluid maakt.
Línea 23: Línea 23:
 
* A6 formaat papier.
 
* A6 formaat papier.
 
* A5 formaat papier.
 
* A5 formaat papier.
* De docent bereid liggend A4 papier voor met twee vierkanten van ongeveer 10 cm. bij 10 cm. in het midden, startend vanaf de bovenste marge.
+
* De docent bereidt liggend A4 papier voor met twee vierkanten van ongeveer 10 cm. bij 10 cm. in het midden, startend vanaf de bovenste marge.
 
* A4 formaat karton voor de kaften en drie ringen om de kaften en bladen mee bijeen te houden. vanzelfsprekend staat dit open voor eigen inbreng zolang het een systeem is waar bladzijden aan kunnen worden toegevoegd en dat het een karakter krijgt van een boekje.
 
* A4 formaat karton voor de kaften en drie ringen om de kaften en bladen mee bijeen te houden. vanzelfsprekend staat dit open voor eigen inbreng zolang het een systeem is waar bladzijden aan kunnen worden toegevoegd en dat het een karakter krijgt van een boekje.
 
<br>
 
<br>
Línea 30: Línea 30:
 
     </div>
 
     </div>
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=Beter Verwoorden|Les={{BASEPAGENAME}}}}
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=Beter Verwoorden|Les={{BASEPAGENAME}}}}
 +
 +
[[Categorie:Sjabloon]]

Revisión del 20:29 3 feb 2020

ir a inicioir air air air air air air air air air air aMT6.jpeg

Voorbereiden


De les duurt ongeveer 120 minuten of twee lesblokken. Het kan zijn dat het in het begin lager duurt. De les kan altijd gestopt worden na het schrijven van de eigen ervaring in het klad.

Checklist voor les 6 - Dieren

  • Stoelen staan in een kring en iedereen zit. Buiten de kring staan eventueel tafels om te schrijven of er worden clip-borden gebruikt.
  • De docent bereidt een verhaal voor over een keer dat hij/zij iets meemaakte met een dier. De docent kiest zorgvuldig en houdt rekening met de vorm van vertellen waarmee hij/zij de impact kan modereren. Houdt het simpel, niet te groot qua emoties, een gemiddelde ervaring die kleur krijgt door details is meestal het effectiefst. De vorm waarin de docent vertelt staat model voor de deelnemers. Vertel precies en helder.
  • De docent bereidt de verbindingsvraag voor. In deze les over dieren: "Wie van jullie kan vertellen over een keer dat je iets meegemaakt hebt met een dier?"
  • Stiften.
  • Belletjes, of ander instrument dat geluid maakt.
  • Een zwarte pen voor alle deelnemers.
  • A6 formaat papier.
  • A5 formaat papier.
  • De docent bereidt liggend A4 papier voor met twee vierkanten van ongeveer 10 cm. bij 10 cm. in het midden, startend vanaf de bovenste marge.
  • A4 formaat karton voor de kaften en drie ringen om de kaften en bladen mee bijeen te houden. vanzelfsprekend staat dit open voor eigen inbreng zolang het een systeem is waar bladzijden aan kunnen worden toegevoegd en dat het een karakter krijgt van een boekje.


Lista de control para el profesor cuando cuente su propia experiencia

La experiencia del profesor sirve de ejemplo para los participantes. Puedes usar tu propia experiencia para presentar el tema e influir en lo que otros cuenten y en cómo lo contaran. Por lo tanto, preste atención a los siguientes aspectos cuando cuente esa experiencia:

  • Empieza a contarlo de inmediato, sin demasiada introducción;
  • Habla con precisión y claridad;
  • Preste atención a la variación en la longitud de las frases y el uso de las palabras;
  • Vigila la estructura desde el principio, el centro a fin;
  • Elija conscientemente qué adjetivos puede usar para dar más color (información) a los participantes;
  • Si hay diálogos en la experiencia, puedes incluirlos en tu narración;
  • Incorpore detalles en su narración, haciendo que su experiencia sea más atractiva para la imaginación;
  • En la descripción de su experiencia, incluya una o más observaciones sensoriales;
  • Sea lo más completo posible. Diga, por ejemplo, con quién y dónde estuvo, qué ocurrió exactamente, cómo fue, cómo se sintió y cómo reaccionaron los demás;
  • Hazte preguntas como: ¿Qué ha pasado? ¿Qué he hecho? ¿En qué estaba pensando? ¿Qué sentí? ¿Cómo reaccioné? ¿Cómo reaccionaron los demás? ¿Qué se dijo?;
  • Sólo habláis sobre una experiencia real. No retrase la experiencia más de tres meses a un año. Se puede hacer una excepción para un tema como "familia", donde las experiencias pueden claramente tener lugar en el pasado. Vigila cuánto tiempo estás ocupado contando historias;
  • Evite resumir la historia y no dé una conclusión;
  • Practica contando la historia de tu propia experiencia y haciendo la pregunta de conexión con, por ejemplo, un colega o amigo. Ver en "Instrumentos": Haciendo preguntas - pregunta de conexión;
  • Cuando compartas tu propia experiencia, asegúrate de que sólo te concentres en aflojar las experiencias de los participantes. No es la intención que usted transfiera conocimientos en ese momento, porque se trata puramente de algo que ha experimentado y sobre lo que usted habla abiertamente. También quieres que los participantes cuenten sobre sus experiencias sin inhibiciones y sin sentirse juzgados. Se trata de la equivalencia entre los narradores de historias y no de comprobar su nivel de conocimiento;
  • A veces - especialmente cuando esta forma de trabajo es todavía desconocida - nadie quiere empezar de hablar. Eso está bien y puede ser resuelto continuando directamente con la elaboración de una pequeña lista. Pero es preferible que los participantes se sientan finalmente invitados y superen sus dudas. La confianza de los participantes crece con la seguridad que se experimenta de esta manera.;
  • Cuando la narración se detiene por un momento, no suele depender del sujeto. Las nuevas historias saldrán por su propia cuenta. Después de una o dos historias, da el siguiente paso.


Categorie:Sjabloon