Tekst GZ


naarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarDrieluik Gelukszoekers 1.1.jpeg

Schrijven van een Tekst


Na het vertellen van de eigen ervaring gaan de deelnemers schrijven. Eerst schrijven ze een kladversie. Nadat de kladversie is geschreven heeft de docent de keuze om de les te onderbreken, de verhalen van deelnemers staan nu op papier en kunnen niet meer verloren gaan.
De docent kiest afhankelijk van het doel van de les en het niveau van de deelnemers voor een lichte vorm van redigeren of een intensievere vorm van redigeren waarbij er meer tijd is om stil te staan bij grammatica- en spellingsregels en zinsopbouw.
Na de redactie schrijven de deelnemers hun tekst in het net op het antwoordblad.

Kladversie (Duur ±5 minuten)

Instructie voor de leerlingen:
Schrijf nu je verhaal op zoals je het hebt verteld aan je teamgenoot. Je gaat na of je de dingen die je extra vertelde naar aanleiding van de vragen van je gesprekspartner in je verhaal kunt opnemen. Je gaat de eerste versie van je tekst opschrijven.

Tekst in het Net (Duur ±15 minuten)


De verhalen van de schrijvers krijgen de aandacht die ze verdienen. In het net schrijven is een training voor de deelnemer in precisie; het reflecteren op de kladversie, het verbeteren van woorden en zinsopbouw, het exact weergeven en een oefening voor de fijne motoriek. Het oefent de concentratie op allerlei niveaus.

De teksten in het klad worden door de deelnemers overgenomen in het net op het speciaal daarvoor bestemde drieluik antwoordblad dat iedere deelnemer heeft voor het werk in het net. De pagina komt overeen met de door de docent gekozen presentatievorm. Als de docente kiest voor een boekje dan hebben alle deelnemers aan het einde van de lessenserie een boekje van negen pagina’s. Een neerslag van alle verhalen die zij tijdens de lessen verteld hebben.

Afhankelijk van de zelfstandigheid van de groep kan de docent rondlopen of kiezen voor een vaste plek.

Een paar schrijftips van Arnon Grunberg van de Grunberg Academie:

  1. Schrijven begint met kijken, luisteren en de herinnering aan dat kijken en luisteren.
  2. Wees niet bang voor het geschreven woord. Het is niet enger dan het spook onder je bed.
  3. Vrees jezelf niet. Je bevindt je in een vrije, veilige zone. De gedachten zijn vrij. Er wordt geen moreel oordeel over je tekst geveld.
  4. Stel jezelf even niet de vraag wat de ander van je zal denken. Uw invloed op de gedachten van de ander is hoe dan ook beperkt.
  5. Schrijf met een lezer in je gedachten. Je schrijft voor een ander.
  6. Vrees spelfouten noch grammaticale onvolkomenheden. Dit is geen proefwerk en ook geen kruiswoordpuzzel.
  7. Falen is niet erg. Iedereen faalt.
  8. De een zal het moeilijker vinden dan de ander zijn competitieve gedrag te onderdrukken. Je mag de beste willen zijn, maar het hoeft niet.
  9. Wees kritisch maar verlam jezelf niet.
  10. Wees eerlijk. Soms moet je liegen om eerlijk te zijn.
  11. Het beste is als je bereidt bent alles te verliezen.
  12. Er zijn herkansingen, misschien niet vandaag, een andere keer.

Categorie:Werkvormen Methodologie Laat Je Zien