Bereid VO: verschil tussen versies

 
(20 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
 
{{kopweg}}
 
{{kopweg}}
{{Drieluik Bereid}}<br>
+
{{Drieluik Bereid}}
 
 
<h3>Vragenstellen en ordenen </h3>
 
<br>
 
 
 
Bij het maken van teams daarna kan de docent ervoor kiezen de niveau's de mengen. De overweging is dat de verschillen in gesprek overbrugbaar moeten zijn in de teams. In principe werken ze samen en is het overbruggen van lees- en begripsniveau mits niet te uiteenlopend een mooie oefening in sociale vaardigheden.
 
 
 
  
  
 +
<div class="row">
 +
<div class="small-6 large-offset-3 columns">
  
De stap van de eigen ervaring naar de kennis activeren en verdiepen gebeurt in de lesmethode van Laat Je Zien vaak aan de hand van vragen. Dit is een bewuste keuze. Vragen stellen is onderdeel van onderzoeken. Je kunt onderzoek doen door jezelf vragen stellen, anderen vragen te stellen, opzoek te gaan naar antwoorden op vragen. Kennis en ervaringen zoeken zodat je inzicht krijgt in de thema’s waar de vragen over gaan. Dit is een proces aanzetten in de deelnemers waarbij ontwikkeling en groei samengaan met willen weten en kennis vergroten.<br>
+
<h3>'''Vragen stellen en ordenen'''</h3>
<br>
+
<h4>'''Les: Waar je ''bereid'' bent om te sterven'''</h4>
De basis is wat deelnemers al weten. Deze voorkennis brengt de docent in kaart door [[Laat Je Zien: Zes Typen Vragen|activeringsvragen]]: bedoelt om de deelnemers bewust te maken over hetgeen ze weten over een bepaald onderwerp, of wat ze daar misschien graag over willen weten. De antwoorden van de deelnemers op de vragen kunnen worden ondergebracht in een woordspin. Zo krijgt iedereen een overzicht van de verschillende aspecten van het onderwerp/thema. <br>
+
{{Kennis}}
<br>
+
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed" style="cursor:pointer; color:black" data-expandtext="+" data-collapsetext="-">
Vervolgens kan de docent vragen voorbereiden om verder te verdiepen. Ook kan de docent zo bepalen welke aspecten van een bepaald onderwerp in ieder geval onder de aandacht komen. De deelnemers kunnen bij deze activiteiten werken in teams van twee, grotere groepjes of zelfstandig, de docent kijkt waar de deelnemers op dat moment het beste resultaat mee kunnen behalen.<br>
+
<h5>'''Huiswerk'''</h5>
 +
    <div class="mw-collapsible-content">
 +
Naar aanleiding van de gekozen focus geeft de docent de deelnemers extra informatie of laat hen dit opzoeken De werkvorm die wordt gekozen hangt af van het niveau van de deelnemers. Afhankelijk van de verdiepingsfocus en het niveau kan de docent een gerichte thuisopdracht geven. Soms is het goed om te starten bij de focus alleen. In dat geval vraagt de docent de deelnemers een interview mee te brengen. Zelf brengt de docent dan een interview mee met de schrijver uit de periode dat de roman De Joodse Messias verscheen. In het geval dat de deelnemers gewend zijn om dingen zelfstandig uit te zoeken, vraagt de docent de deelnemers om een interview met de schrijver Arnon Grunberg op te zoeken.
 
<br>
 
<br>
Uitgaande van de aanwezige kennis biedt je als docent nieuwe kennis en inzichten aan. De vaardigheden voor het doen van onderzoek worden tegelijkertijd aangeleerd en geoefend. De deelnemers gaan met deze tools aan de slag om nader onderzoek te doen en hun kennis te verdiepen. Hiervan maken ze een verslag (digitaal of in een andere vorm), dit kan worden gedeeld als opmaat voor de volgende fase: de actie. Een documentaire kan ook een mooie opmaat zijn naar de volgende fase.
 
 
   </div>
 
   </div>
 +
</div>
 +
    </div>
 
</div>
 
</div>
<br>
 
 
<h4>Opdracht 2 - Kennis activeren door vragen (Duur 20 tot 30 minuten)</h4>
 
De docent vraagt de leerlingen in hun teams vragen te formuleren over de tekst die ze hebben gelezen. Iedere vraag is valide, ieder team kan twee vragen indienen.
 
De vragen worden ondergebracht in een schema door de docent of een leerling.
 
Daarna krijgt ieder team twee vragen at random toegewezen waar ze een gezamenlijk antwoord op gaan formuleren.<br>
 
<br>
 
De docent categoriseert de collectieve kennis in een schema. Deze ordening brengt hij aan op basis van prioriteiten die hij aan de orde wil laten komen. De geordende manier van onderbrengen van type vragen ontwikkelt bij de leerlingen een gevoel van de verschillende aspecten die een rol kunnen spelen; biografische kennis, historische kennis, psychologische factoren van de karakters, maatschappelijke kennis, stijl en tijd. De docent kan er voor kiezen om ieder aspect een kleur te geven, kleurcode.<br>
 
<br>
 
Naar aanleiding van de gekozen focus biedt de docent de deelnemers extra informatie (of
 
laat dit opzoeken, werkvorm die wordt gekozen is afhankelijk van het niveau van de
 
deelnemers). Afhankelijk van het thema kan de docent een gerichte thuisopdracht geven.<br>
 
<h5>Voorbereiden</h5>
 
* Deelnemers worden opgedeeld in teams.
 
* Groot vel/ white board.
 
* Markers in verschillende kleuren.<br>
 
<br>
 
Als er voldoende aandacht is gegeven aan de kennis actief maken door vragen is het tijd om door te gaan met [[Bereid Stap 2-2 Verdiepen|Stap 2-2]] Kenniskant-Verdiepen.
 
 
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=|Les={{BASEPAGENAME}}}}
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=|Les={{BASEPAGENAME}}}}
  
 
[[Categorie:Bij Negen X Grunberg Bereid Les 1]]
 
[[Categorie:Bij Negen X Grunberg Bereid Les 1]]
 +
[[Categorie:Sjabloon]]

Huidige versie van 30 okt 2020 om 16:46


naarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarDrieluik Bereid 1.1.jpeg


Vragen stellen en ordenen

Les: Waar je bereid bent om te sterven

De docent maakt eerst tweetallen. De docent kan bij het maken van de duo’s ervoor kiezen de niveaus te mengen. Houd er wel rekening mee dat de verschillen in gesprekniveaus overbrugbaar moeten zijn. In principe werken de deelnemers samen en is het overbruggen van lees- en begripsniveau – mits niet te uiteenlopend – een mooie oefening in sociale vaardigheden.

Kennis activeren door vragen te stellen

Duur: 10 à 15 minuten – Tweetallen en hele groep

De deelnemers moeten in hun tweetallen vragen formuleren over de tekst die ze hebben gelezen: activeringsvragen. Iedere vraag is valide. Elk duo formuleert twee vragen en schrijft ze op twee losse kaartjes. Ook sturen de deelnemers hun vragen in via hun telefoon of tablet, zodat ze op het Digibord verschijnen. Alle vragen worden verzameld in een ‘hoge hoed’, waaruit de deelnemers willekeurig een kaartje trekken. Zo krijgt iedere deelnemer een vraag terug en gaan de deelnemers in hun tweetal overleggen over de antwoorden.

De docent brengt de vragen onder in een schema en kan hier ook andere vragen aan toevoegen die hij/zij wil behandelen. In eerste instantie kiest de docent het schema, bijvoorbeeld een woordspin. Later kunnen ook de deelnemers zelf een schema kiezen in overleg met de docent.

Uit de vragen blijkt hoe de deelnemers de tekst gelezen hebben: Waar gaat hun belangstelling naar uit? Wat begrijpen ze al wel en wat is nog onduidelijk?

Het ordenen van kennis

Duur: ± 15 tot 20 minuten minuten - Tweetallen en hele groep

Nadat de deelnemers de tijd hebben gehad om de antwoorden op de gekregen vragen te formuleren, worden deze klassikaal besproken. Ieder tweetal presenteert zijn antwoorden. Uit ieder antwoord worden de aspecten gehaald die aansluiten bij de onderdelen die de docent wil behandelen. Het ordenen van de type vragen geeft de deelnemers inzicht in de verschillende aspecten die een rol kunnen spelen: zowel biografische, historische als maatschappelijke kennis, stijl, tijd en de psychologie van de personages. De docent kan er voor kiezen om ieder aspect een kleur te geven, een kleurcode.

Op deze manier wordt de gelezen tekst besproken. Daarnaast komen de onderdelen waar de docent de focus op wil leggen aan bod.

Voorbereiden
  • Deelnemers worden opgedeeld in teams;
  • Groot wit vel/ whiteboard;
  • Markers in verschillende kleuren.


Motivatie

Het is een bewuste keuze om de deelnemers zoveel mogelijk te laten oefenen met vragen stellen. Vragen stellen is onderdeel van onderzoeken. Je kunt onderzoek doen door jezelf of anderen vragen te stellen en door op zoek te gaan naar antwoorden. Kennis en ervaring zorgen voor inzicht in de thema’s waar de vragen over gaan. De deelnemers ontwikkelen zich door meer te willen weten en groeien door hun kennis te vergroten.

Huiswerk

Naar aanleiding van de gekozen focus geeft de docent de deelnemers extra informatie of laat hen dit opzoeken De werkvorm die wordt gekozen hangt af van het niveau van de deelnemers. Afhankelijk van de verdiepingsfocus en het niveau kan de docent een gerichte thuisopdracht geven. Soms is het goed om te starten bij de focus alleen. In dat geval vraagt de docent de deelnemers een interview mee te brengen. Zelf brengt de docent dan een interview mee met de schrijver uit de periode dat de roman De Joodse Messias verscheen. In het geval dat de deelnemers gewend zijn om dingen zelfstandig uit te zoeken, vraagt de docent de deelnemers om een interview met de schrijver Arnon Grunberg op te zoeken.