Vertellen 2aan2: verschil tussen versies
k (Marianne heeft de pagina Sjabloon:Vertellen hernoemd naar Sjabloon:Vertellen 2aan2 zonder een doorverwijzing achter te laten) |
|||
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
+ | {{Kopweg}} | ||
<h4>'''Twee aan twee vertellen'''</h4> | <h4>'''Twee aan twee vertellen'''</h4> | ||
− | <h5>Duur ± 6 á 10 minuten / | + | <h5>Duur ± 6 á 10 minuten / Hele groep</h5> |
<h5>'''Instructie voor de deelnemers'''</h5> | <h5>'''Instructie voor de deelnemers'''</h5> | ||
De deelnemers werken in teams van twee en vertellen aan elkaar een voor een de door henzelf gekozen ervaring. | De deelnemers werken in teams van twee en vertellen aan elkaar een voor een de door henzelf gekozen ervaring. |
Huidige versie van 4 sep 2020 om 18:01
Twee aan twee vertellen
Duur ± 6 á 10 minuten / Hele groep
Instructie voor de deelnemers
De deelnemers werken in teams van twee en vertellen aan elkaar een voor een de door henzelf gekozen ervaring.
De docent deelt de deelnemers in, in teams van twee, en geeft aan welke deelnemer één is en welke deelnemer twee. Bij oneven aantal deelnemers is er één groepje van drie. Dan gaan ze aan de slag in hun team. De nummers één vertellen hun gekozen ervaring aan de nummers twee. De nummers twee luisteren en stellen aan het einde vragen. Dit is van belang want het is geen gesprek maar een verbale oefening voor het schrijven. Soms geeft de docent aan hoeveel vragen, alleen als de deelnemers moeite hiermee hebben. Ook kan blijken dat het nodig is om extra aandacht te besteden aan wat voor een vragen er gesteld kunnen worden.
Na een vooraf vastgestelde tijd (3 á 5 minuten) en een afgesproken sein (klappen in handen, een belletje etc.) draaien de rollen om en luisteren de nummers één en vertellen de nummers twee. Het eventuele groepje van drie begeleiden en iets meer tijd geven.
Om de aandacht te focussen noemt de docent kort de volgende punten:
- Stel vragen ter verduidelijking; wat was nog niet helder?
- Vraag door over iets waar je nog meer van wilt weten.
- Stel minimaal één vraag over zintuiglijke waarneming (reuk, zien, horen, voelen, proeven).
De docent kan ook aangeven dat de deelnemers minimaal twee a drie open vragen stellen.
Om de deelnemers in gevarieerde tweetallen te laten werken kan de docent bij het binnenkomen van de les of vooraf aan deze activiteit de deelnemers bijvoorbeeld gekleurde papiertjes laten trekken en dan degene die het papiertje heeft met dezelfde kleur te zoeken, samen vormen deze twee een team. Het kan ook gedaan worden door de verjaardagen na te gaan en dan opeenvolgende verjaardagen samen te laten werken. En zo meer...
Voorbereiden
Belletjes, of ander instrument dat geluid maakt.