I Leesonderwijs: verschil tussen versies

 
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
 
{{Kopweg}}
 
{{Kopweg}}
 
<div class="row">
 
<div class="row">
<div class="small-7 large-offset-2 columns">
+
<div class="small-7 large-offset-1 columns">
{{Inspiratie klein}}
+
{{Inspiratie}}
 +
<br>
 
<h3>'''Leesonderwijs en geletterdheid'''</h3>
 
<h3>'''Leesonderwijs en geletterdheid'''</h3>
 
<br>
 
<br>

Huidige versie van 24 aug 2020 om 08:58

InspiratieTaalvormingnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarInspiratie 1.jpeg


Leesonderwijs en geletterdheid


In het onderzoek van Theo Witte (2008) worden uit de ontwikkelingstheorieën van Piaget en Vygotsky vijf aannames gedestilleerd voor ontwikkelingsgericht literatuuronderwijs die als volgt worden geformuleerd:

  1. Het definiëren van verschillende niveaus of fasen zodat de docent en de leerling zich kunnen oriënteren op het ontwikkelingsproces, de oriënteringsbasis.
  2. Het ‘fundament’ waarop wordt voortgebouwd moet stevig genoeg zijn voordat de leerling de stap naar een hoger niveau succesvol kan zetten.
  3. De literaire ontwikkeling moet gestimuleerd worden door actieve exploratie en door sociale interactie met leeftijdgenoten, docenten en andere lezers.
  4. Om ontwikkeling te stimuleren moet de leerling geconfronteerd worden met activiteiten die leiden tot cognitieve conflicten in zijn zone van nabije ontwikkeling.
  5. Het is van belang dat de leerling regelmatig voldoening ervaart tijdens het lezen van boeken en het uitvoeren van opdrachten, zodat er een goede balans ontstaat tussen de inspanning en het resultaat.

Deze vijf ontwikkelingstheoretische aannames vormen samen een werktheorie, waarmee in het onderzoek van Witte het literaire ontwikkelingsproces van leerlingen is geëvalueerd en geïnterpreteerd.
Uit dit onderzoek blijkt dat literatuuronderwijs effectiever is naarmate het beter aansluit bij het competentieniveau van de leerling.

In Het Oog van de Meester treft de docent ook een het instrument waarmee de literaire ontwikkeling van leerlingen in kaart kan worden gebracht. Dit is een handige tool om vervolgens aan te kunnen sluiten bij het literaire competentieniveau van de leerlingen.

Zoals Witte het formuleert in zijn proefschrift: "De ontwikkeling van literaire competentie is een cumulatief proces. Gezien de veranderingen op elk niveau representeert het instrument niet een gradueel continu proces, maar een stapsgewijs, discontinu proces waarbij elk stadium de basis legt voor het daarop volgende stadium en nieuwe structuren worden geïntegreerd in al bestaande structuren. De niveaus kunnen worden opgevat als repertoires van handelingen, leesmanieren, die een leerling flexibel kan hanteren. Flexibiliteit is dus een kenmerk van een hoger niveau van literaire competentie".



De ontwikkelingstheorie van Pi- aget, die als de grondlegger van de moderne ontwikkelingspsychologie wordt beschouwd. Ontwikkeling wordt door hem en zijn navolgers gedefinieerd als een opeenvolging van kwalitatief verschillende stadia. Elk stadium kenmerkt zich door een specifieke manier van ordenen, in- tegreren en transformeren van ken- nis over de werkelijkheid.