Koffer KV: verschil tussen versies

Regel 6: Regel 6:
  
 
<h3>'''Onderzoeken en Verdiepen'''</h3>
 
<h3>'''Onderzoeken en Verdiepen'''</h3>
<h4>'''Waar je volledige bezit in een kleine ''koffer'' past'''</h4>
+
<h4>'''Les: Waar je volledige bezit in een kleine ''koffer'' past'''</h4>
 
<br>
 
<br>
 
In de les Koffer is de keuze gemaakt om naast de bundel ''Liefde is Business'' aandacht te besteden aan '''het gedicht'''. Er zijn verschillende opdrachten mogelijk, een eigen selectie kan gemaakt worden.  
 
In de les Koffer is de keuze gemaakt om naast de bundel ''Liefde is Business'' aandacht te besteden aan '''het gedicht'''. Er zijn verschillende opdrachten mogelijk, een eigen selectie kan gemaakt worden.  
 
<br>
 
<br>
<br>
+
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed" style="cursor:pointer; color:black" data-expandtext="+" data-collapsetext="-">
 
<h4>'''Elfjes schrijven'''</h4>
 
<h4>'''Elfjes schrijven'''</h4>
<h5>Duur < 1 uur in de klas / Individueel - tweetallen</h5>  
+
<h5>Duur: < 1 uur in de klas – Tweetallen</h5>
De docent begeleidt de deelnemers bij het schrijven van een elfje. Hij legt uit hoe het schrijven van een elfje in zijn werk gaat. Daarna gaat iedereen in tweetallen aan de slag en begeleiden ze elkaar bij het schrijven van een elfje. De teams gaan bespreken hoe ze hun elfje kunnen presenteren. Ze kunnen gebruik maken van body drums en lichaamsgeluiden om het ritme vorm te geven. Daarna worden de elfjes
+
    <div class="mw-collapsible-content">
gepresenteerd. de docent kan het elfje vervolgens in verband brengen met strofen uit een rap muzieknummer. Vanuit de elfen en/ of de rap kan er een verband worden gelegd met gedichten. De docent biedt de theorie en verbanden in tijd en cultuur zo aan dat het passend is bij het niveau van de deelnemers.
+
<h5>'''Instructie'''</h5>
<br>
+
De docent begeleidt de deelnemers bij het schrijven van een elfje. Hij/zij legt uit hoe het schrijven van een elfje in zijn werk gaat. Daarna gaat iedereen in tweetallen aan de slag en begeleiden ze elkaar bij het schrijven van een elfje. De teams bespreken hoe ze hun elfje het beste kunnen presenteren. Ze kunnen gebruik maken van bodydrums en lichaamsgeluiden om het ritme vorm te geven. Daarna worden de elfjes gepresenteerd. De docent kan het elfje vervolgens in verband brengen met strofen uit een rap. Vanuit de elfen en/of de rapteksten kan er een verband worden gelegd met gedichten. De docent biedt de theorie en de verbanden in tijd en cultuur zo aan dat het passend is bij het niveau van de deelnemers.
Afhankelijk van het niveau kan er ook gewerkt worden met variërende [http://rijmschema’s http://www.gedachten-gedichten.nl/rijmschemas.php]. Er is veel ruimte voor muzikaliteit en ritme van zinnen, teksten.
+
Afhankelijk van het niveau kan er ook gewerkt worden met variërende [http://rijmschema’s http://www.gedachten-gedichten.nl/rijmschemas.php]. Daarbij is er veel ruimte voor muzikaliteit en andere ritmes van zinnen.
<br>
 
<br>
 
<h5>'''Extra'''</h5>
 
<h5>Duur ± 30 minuten / Hele groep</h5>
 
De docent bedenkt vragen voor de deelnemers om ze aan te zetten tot het denken over de meegebrachte gedichten. Dit kan in spelvorm, bijvoorbeeld, de docent kiest verschillende gedichten gebaseerd op verschillende rijmschema's, vervolgens deelt de groep zich op in kleine groepen en iedere groep krijgt een dichtschema en een woord waar ze ter plekke mee aan de slag gaan. Ze gaan met elkaar dichten. Aan het einde sluiten de deelnemers af door hun gedicht met de groep voor te dragen.
 
<br>
 
<br>
 
<h5>'''Huiswerk'''</h5>
 
''Variant 1'' - De docent maakt samen met de deelnemers een whats-app groep. Er wordt een periode afgesproken waarin iedereen iedere dag een gedicht post. De docent geeft iedere dag een nieuw woord. Het gedicht mag kort of lang zijn. Het gaat niet om perfect maar om flow en plezier. Het woord hoeft niet letterlijk terug te komen in het gedicht. De deelnemers zijn vrij maar ze gebruiken het woord als inspiratie, startpunt.<br>
 
''Variant 2'' - De docent maakt samen met de deelnemers een chats-app groep. Voor een afgesproken periode wordt in deze groep samengewerkt aan het maken van een verhaal in dichtvorm. De eerst twee zinnen volgens rijmschema (ab) maakt deelnemer 1. Daarna maakt deelnemer 2 twee zinnen volgens rijmschema (ba). Zo gaat het door tot dat iedereen aan de beurt is gekomen. Telkens twee deelnemers maken een strofe (abba). De docent eindigt met twee laatste zinnen.<br>
 
Rijmschema kan zijn ababab - cdcdcd - efefef en zo door afhankelijk van het aantal leerlingen. Het gedicht kan besluiten met bijvoorbeeld aa.
 
<br>
 
 
<br>
 
<br>
 
<h5>'''Voorbereiden'''</h5>
 
<h5>'''Voorbereiden'''</h5>
Regel 35: Regel 23:
 
* Drieluik-antwoordblad, indeling linkerzijde, als er ruimte te kort is kan er een extra zijde worden aangehecht.
 
* Drieluik-antwoordblad, indeling linkerzijde, als er ruimte te kort is kan er een extra zijde worden aangehecht.
 
* Handout of presentatie met informatie op het niveau van de leerlingen over '''gedichten'''.
 
* Handout of presentatie met informatie op het niveau van de leerlingen over '''gedichten'''.
 +
    </div>
 +
</div>
 
<br>
 
<br>
<h5>'''Afsluiten'''</h5>
+
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed" style="cursor:pointer; color:black" data-expandtext="+" data-collapsetext="-">
Aan het einde van de opdrachten is het raadzaam om met de deelnemers tussendoor een korte fysieke oefening te doen, het intermezzo. Suggesties hiervoor staan bij ''Fysieke activiteit''.
+
<h5>'''Extra'''</h5>
 
+
<h5>Duur: ± 30 minuten – Hele groep</h5>
 +
    <div class="mw-collapsible-content">
 +
De docent bedenkt vragen voor de deelnemers om ze te laten denken over de meegebrachte gedichten. Dit kan in spelvorm bijvoorbeeld. De docent kiest verschillende gedichten gebaseerd op verschillende rijmschema’s. Vervolgens deelt de groep zich op in kleine groepen. Iedere groep krijgt een rijmschema en een woord waar ze mee aan de slag gaan. Ze gaan met elkaar dichten. Aan het einde sluiten de deelnemers af door het gedicht met hun groep voor te dragen.
 
     </div>
 
     </div>
 
</div>
 
</div>
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=|Les={{BASEPAGENAME}}}}
 
 
 
<br>
 
In de les Gelukszoekers is de keuze gemaakt om naast de roman ''Moedervlekken'' aandacht te besteden aan '''de toneelscène'''. De opdracht die hier staat kan de docent natuurlijk ook op een andere manier vormgeven. Het is belangrijk dat de deelnemers de gelegenheid krijgen om na te denken over de toneelscène en het ontstaan van deze stijlvorm.
 
 
<br>
 
<br>
 
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed" style="cursor:pointer; color:black" data-expandtext="+" data-collapsetext="-">
 
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed" style="cursor:pointer; color:black" data-expandtext="+" data-collapsetext="-">
<h4>'''Van toneelscène tot opvoering'''</h4>
+
<h5>'''Huiswerk'''</h5>
<h5>Duur: ± 45 minuten Teams</h5>  
+
<h5>Duur: afgesproken periode Hele groep</h5>  
 
     <div class="mw-collapsible-content">
 
     <div class="mw-collapsible-content">
<h5>'''Instructie'''</h5>
+
<h5>''Variant I''</h5>
Naar aanleiding van de informatie die toegankelijk is gemaakt door het ordenen van de vragen van de docent en de deelnemers gaan de deelnemers aan de slag met het maken van een toneelscène gebaseerd op een van hun eigen ervaringen. Ze kunnen deze uitbreiden door er een eigen ervaring bij te bedenken of door een ervaring van een deelnemer uit hun groepje eraan vast te knopen.
+
De docent maakt samen met de deelnemers een WhatsApp-groep aan. Ze spreken een periode afgesproken waarin iedereen iedere dag een gedicht deelt. De docent geeft iedere dag een nieuw woord. Het gedicht mag kort of lang zijn. Het gaat niet om perfectie maar om de flow en plezier hebben. Het woord hoeft niet letterlijk terug te komen in het gedicht. De deelnemers zijn vrij maar ze gebruiken het woord ter inspiratie.
Herschrijf je eigen ervaring tot een toneelscène. Denk aan een begin, een midden (de handeling) en een einde. Welke personen heb je in je gebeurtenis? Welke interactie vindt er plaats? En tussen welke personen? Wat voor een gesprekken heb je nodig om de gebeurtenis over te brengen? De deelnemers werken in groepjes. Ze kiezen een van de toneelscènes uit om uit te werken als sketch in een kwartier.
 
 
<br>
 
<br>
<h5>'''Voorbereiden'''</h5>
+
<h5>''Variant II''</h5>
* De deelnemers hebben een zelfgekozen toneelscène bij zich;
+
De docent maakt samen met de deelnemers een WhatsAppgroep aan. In een afgesproken periode werken ze in deze groep samen om een verhaal in dichtvorm te schrijven. De eerste deelnemer maakt de twee zinnen volgens rijmschema (ab). Daarna schrijft de tweede deelnemer twee zinnen volgens rijmschema (ba) op. Zo gaat het door totdat iedereen aan de beurt is gekomen. Telkens twee deelnemers maken een strofe (abba). De docent sluit af met de twee laatste zinnen.
* De docent brengt een toneelscène mee waarin een verleiding tot een compromis sluiten centraal staat;
+
Het rijmschema kan zijn: ababab / cdcdcd / efefef etc. afhankelijk van het aantal leerlingen. Het gedicht kan afgerond worden met bijvoorbeeld aa.
* De docent bereidt voor een overzicht van kenmerken waaraan een toneelscène moet voldoen om een toneelscène te mogen heten;
 
* Kaartjes om zinnen op te schrijven of in digitale vorm;
 
* Kleurpotloden of stiften;
 
* De docent neemt een besluit over de indeling van de linkerzijde van het drieluik-antwoordblad. Waar gaan de deelnemers hun informatie neerzetten?
 
 
     </div>
 
     </div>
 
</div>
 
</div>

Versie van 31 okt 2020 18:02


naarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarDrieluik Koffer 1.1.jpeg

Onderzoeken en Verdiepen

Les: Waar je volledige bezit in een kleine koffer past


In de les Koffer is de keuze gemaakt om naast de bundel Liefde is Business aandacht te besteden aan het gedicht. Er zijn verschillende opdrachten mogelijk, een eigen selectie kan gemaakt worden.

Elfjes schrijven

Duur: < 1 uur in de klas – Tweetallen
Instructie

De docent begeleidt de deelnemers bij het schrijven van een elfje. Hij/zij legt uit hoe het schrijven van een elfje in zijn werk gaat. Daarna gaat iedereen in tweetallen aan de slag en begeleiden ze elkaar bij het schrijven van een elfje. De teams bespreken hoe ze hun elfje het beste kunnen presenteren. Ze kunnen gebruik maken van bodydrums en lichaamsgeluiden om het ritme vorm te geven. Daarna worden de elfjes gepresenteerd. De docent kan het elfje vervolgens in verband brengen met strofen uit een rap. Vanuit de elfen en/of de rapteksten kan er een verband worden gelegd met gedichten. De docent biedt de theorie en de verbanden in tijd en cultuur zo aan dat het passend is bij het niveau van de deelnemers. Afhankelijk van het niveau kan er ook gewerkt worden met variërende http://www.gedachten-gedichten.nl/rijmschemas.php. Daarbij is er veel ruimte voor muzikaliteit en andere ritmes van zinnen.

Voorbereiden
  • Kaartjes om zinnen op te schrijven.
  • Kleurpotloden of stiften
  • Drieluik-antwoordblad, indeling linkerzijde, als er ruimte te kort is kan er een extra zijde worden aangehecht.
  • Handout of presentatie met informatie op het niveau van de leerlingen over gedichten.


Extra
Duur: ± 30 minuten – Hele groep

De docent bedenkt vragen voor de deelnemers om ze te laten denken over de meegebrachte gedichten. Dit kan in spelvorm bijvoorbeeld. De docent kiest verschillende gedichten gebaseerd op verschillende rijmschema’s. Vervolgens deelt de groep zich op in kleine groepen. Iedere groep krijgt een rijmschema en een woord waar ze mee aan de slag gaan. Ze gaan met elkaar dichten. Aan het einde sluiten de deelnemers af door het gedicht met hun groep voor te dragen.


Huiswerk
Duur: afgesproken periode – Hele groep
Variant I

De docent maakt samen met de deelnemers een WhatsApp-groep aan. Ze spreken een periode afgesproken waarin iedereen iedere dag een gedicht deelt. De docent geeft iedere dag een nieuw woord. Het gedicht mag kort of lang zijn. Het gaat niet om perfectie maar om de flow en plezier hebben. Het woord hoeft niet letterlijk terug te komen in het gedicht. De deelnemers zijn vrij maar ze gebruiken het woord ter inspiratie.

Variant II

De docent maakt samen met de deelnemers een WhatsAppgroep aan. In een afgesproken periode werken ze in deze groep samen om een verhaal in dichtvorm te schrijven. De eerste deelnemer maakt de twee zinnen volgens rijmschema (ab). Daarna schrijft de tweede deelnemer twee zinnen volgens rijmschema (ba) op. Zo gaat het door totdat iedereen aan de beurt is gekomen. Telkens twee deelnemers maken een strofe (abba). De docent sluit af met de twee laatste zinnen. Het rijmschema kan zijn: ababab / cdcdcd / efefef etc. afhankelijk van het aantal leerlingen. Het gedicht kan afgerond worden met bijvoorbeeld aa.


Intermezzo

Aan het einde van deze opdrachten is het raadzaam om met de deelnemers tussendoor een korte fysieke oefening te doen – het intermezzo.
Het kan een korte herhaling zijn van een van de oefeningen uit de opmaat of een ademhalingsoefening. Suggesties hiervoor staan bij Fysieke activiteit.

Het doel is de deelnemers na een meer cognitieve inspanning te ontspannen.