Opmaat BV11: verschil tussen versies
| Regel 12: | Regel 12: | ||
<br> | <br> | ||
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed" style="cursor:pointer; color:black" data-expandtext="+" data-collapsetext="-"> | <div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed" style="cursor:pointer; color:black" data-expandtext="+" data-collapsetext="-"> | ||
| − | <h4>'''Energieke | + | <h4>'''Energieke oefening of Spel'''</h4> |
| − | <h5>Duur ± 5 minuten / | + | <h5>'''Duur: ± 5 minuten/ Hele groep'''</h5> |
<h5>'''''Test je kracht'''''</h5> | <h5>'''''Test je kracht'''''</h5> | ||
<div class="mw-collapsible-content"> | <div class="mw-collapsible-content"> | ||
| − | De docent en de deelnemers staan in de kring. De docent doet de bewegingen voor en de deelnemers doen hem na. | + | De docent en de deelnemers staan in de kring. De docent doet de bewegingen voor en de deelnemers doen hem na. De docent tikt op zijn linker- en rechterschouder, armen, rug, billen, benen, hoofd en gezicht. De docent trekt aan zijn eigen haar. Tijdens deze oefening legt de docent uit dat deze massage prettig kan zijn voor het lichaam. De deelnemers gaan zelf inschatten welke spierkracht zij willen gebruiken. |
| − | De docent tikt op zijn linker- en rechterschouder, armen, rug, billen, benen, | ||
<br> | <br> | ||
<br> | <br> | ||
| − | '' | + | ''Effect van de oefening: kracht leren kennen, leren wat je fijn of niet zo fijn vindt en plezier'' |
<br> | <br> | ||
</div> | </div> | ||
| Regel 26: | Regel 25: | ||
<br> | <br> | ||
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed" style="cursor:pointer; color:black" data-expandtext="+" data-collapsetext="-"> | <div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed" style="cursor:pointer; color:black" data-expandtext="+" data-collapsetext="-"> | ||
| − | <h4>''' | + | <h4>'''Fysieke activiteit passend bij het onderwerp'''</h4> |
<h5>'''Duur: ± 2x 10 minuten/ Hele groep'''</h5> | <h5>'''Duur: ± 2x 10 minuten/ Hele groep'''</h5> | ||
| − | <h5>De docent maakt een keuze tussen ''Ken je grens 1 of 2''</h5> | + | <h5>De docent maakt een keuze tussen de oefeningen ''Ken je grens 1 of 2''</h5> |
<div class="mw-collapsible-content"> | <div class="mw-collapsible-content"> | ||
| − | |||
<h5>'''''Ken je grens 1'''''</h5> | <h5>'''''Ken je grens 1'''''</h5> | ||
<h5>'''Duur: ± 10 minuten/ Hele groep'''</h5> | <h5>'''Duur: ± 10 minuten/ Hele groep'''</h5> | ||
| − | De docent doet deze | + | De docent doet deze oefening voor met een deelnemer. Zij gaan tegen over elkaar zitten en de deelnemer raakt de docent aan op het gezicht of het hoofd. De docent geeft door middel van een duimgebaar aan hoe de aanraking ervaren wordt. De drie duimgebaren zijn: duim omhoog = fijn, duim naar beneden = niet fijn en duim horizontaal = ertussenin. |
<br> | <br> | ||
<br> | <br> | ||
| − | '' | + | ''Effect van de activiteit: ervaren van je niveau van vertrouwen, voelen en inleven; het gezicht is een kwetsbaar onderdeel van de mens en daarmee kun je goed je fysieke grenzen ervaren'' |
<br> | <br> | ||
<br> | <br> | ||
<h5>'''''Ken je grens 2'''''</h5> | <h5>'''''Ken je grens 2'''''</h5> | ||
<h5>Duur ± 10 minuten / de hele groep)</h5> | <h5>Duur ± 10 minuten / de hele groep)</h5> | ||
| − | + | De deelnemers worden in tweetallen (nummers een en nummers twee) ingedeeld en gaan in twee rijen, met een zo groot mogelijke afstand ertussen, tegenover elkaar staan. De nummers twee blijven staan terwijl de nummers een langzaam op hen aflopen totdat ze vlak voor hen staan en de neuzen van de schoenen elkaar raken. Nummers twee moeten het toestaan. Daarna komen de nummers een terug op hun plek. Dan lopen ze opnieuw op de nummers twee af, maar nu mogen de nummers twee aangeven wanneer de nummers een moeten blijven staan. Dit geven ze aan met een handgebaar: stopteken. Terwijl de deelnemers deze oefening doen begeleidt de docent hen door te zeggen: ‘Let op je lichaam en hoe je je voelt.’ Daarna wordt er gewisseld en lopen de nummers twee op de nummers een af. | |
</div> | </div> | ||
</div> | </div> | ||
Versie van 18 nov 2020 21:46
Beter Verwoorden 11 Grenzen
Opmaat
Vooraf
Duur: ± 2 minuten/ Hele groep
De stoelen staan in een kring. Iedereen zit. Op het bord / flip-over staat de structuur van de les. De docent kan dit ook nog even bespreken.
Energieke oefening of Spel
Duur: ± 5 minuten/ Hele groep
Test je kracht
De docent en de deelnemers staan in de kring. De docent doet de bewegingen voor en de deelnemers doen hem na. De docent tikt op zijn linker- en rechterschouder, armen, rug, billen, benen, hoofd en gezicht. De docent trekt aan zijn eigen haar. Tijdens deze oefening legt de docent uit dat deze massage prettig kan zijn voor het lichaam. De deelnemers gaan zelf inschatten welke spierkracht zij willen gebruiken.
Effect van de oefening: kracht leren kennen, leren wat je fijn of niet zo fijn vindt en plezier
Fysieke activiteit passend bij het onderwerp
Duur: ± 2x 10 minuten/ Hele groep
De docent maakt een keuze tussen de oefeningen Ken je grens 1 of 2
Ken je grens 1
Duur: ± 10 minuten/ Hele groep
De docent doet deze oefening voor met een deelnemer. Zij gaan tegen over elkaar zitten en de deelnemer raakt de docent aan op het gezicht of het hoofd. De docent geeft door middel van een duimgebaar aan hoe de aanraking ervaren wordt. De drie duimgebaren zijn: duim omhoog = fijn, duim naar beneden = niet fijn en duim horizontaal = ertussenin.
Effect van de activiteit: ervaren van je niveau van vertrouwen, voelen en inleven; het gezicht is een kwetsbaar onderdeel van de mens en daarmee kun je goed je fysieke grenzen ervaren
Ken je grens 2
Duur ± 10 minuten / de hele groep)
De deelnemers worden in tweetallen (nummers een en nummers twee) ingedeeld en gaan in twee rijen, met een zo groot mogelijke afstand ertussen, tegenover elkaar staan. De nummers twee blijven staan terwijl de nummers een langzaam op hen aflopen totdat ze vlak voor hen staan en de neuzen van de schoenen elkaar raken. Nummers twee moeten het toestaan. Daarna komen de nummers een terug op hun plek. Dan lopen ze opnieuw op de nummers twee af, maar nu mogen de nummers twee aangeven wanneer de nummers een moeten blijven staan. Dit geven ze aan met een handgebaar: stopteken. Terwijl de deelnemers deze oefening doen begeleidt de docent hen door te zeggen: ‘Let op je lichaam en hoe je je voelt.’ Daarna wordt er gewisseld en lopen de nummers twee op de nummers een af.