Vertellen E: verschil tussen versies

Regel 8: Regel 8:
 
<h4>'''Les: Waar de mannen van je ''ex'' je leven komen vervolmaken'''</h4>
 
<h4>'''Les: Waar de mannen van je ''ex'' je leven komen vervolmaken'''</h4>
 
<h5>'''Voorbereiden'''</h5>
 
<h5>'''Voorbereiden'''</h5>
Stoelen staan in een kring en iedereen zit. Iedereen kent de omgangsvormen: Degene die vertelt wordt niet onderbroken. Vragen kunnen na het vertellen worden gesteld. Geen commentaar op elkaar.
+
{{Voor vertel}}
 
<br>
 
<br>
 
<br>
 
<br>
Regel 51: Regel 51:
 
* Eén zwarte pen per deelnemer.
 
* Eén zwarte pen per deelnemer.
 
<br>
 
<br>
{{Vertellen}}
+
 
 
     </div>
 
     </div>
 
</div>
 
</div>

Versie van 27 okt 2020 22:25


naar ExnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarDrieluik Ex 1.1.jpeg


Vertellen

Les: Waar de mannen van je ex je leven komen vervolmaken

Voorbereiden
Voorbereiden

De stoelen staan in een kring en iedereen neemt plaats. Elk deelnemer kent de omgangsvormen:

  • Degene die verteld wordt niet onderbroken;
  • Vragen kunnen na het vertellen worden gesteld;
  • Er wordt geen commentaar op elkaar geleverd.



Voorlezen

Duur ± 5 minuten / de hele groep

De kring start deze les met het voorlezen van de Waar de mannen van je ex je leven komen vervolmaken uit de bundel Thuis Ben Je van Arnon Grunberg. De schrijver geeft zich en laat een wereld van denken en beleven zien. Door het verwoorden van een eigen ervaring in aansluiting op de column wordt de relatie tussen de tekst van de schrijver en de ervaring van de verteller zichtbaar, in voelbaar. Zo kunnen deelnemers een verbinding ervaren met de schrijver en de docent.

Voorbereiden

De docent ontleent uit de column de invalshoek en zoekt een eigen ervaring die hierbij aansluit. Deze eigen ervaring houdt je klein (qua sfeer gemiddeld) en je kiest bewust welke details je wel en niet vertelt. De vorm die je kiest voor je eigen ervaring in combinatie met de column zijn het voorbeeld(model) dat een leidraad biedt voor de deelnemers).

Vertellen Eigen Ervaring

Duur ± 5-7 minuten / de hele groep
Instructie voor de deelnemers

De docent start en vertelt over een keer dat je een ontmoeting had met zomaar iemand en dat bleek een grote kans voor beiden of een van beiden. De deelnemers krijgen de gelegenheid – verduidelijkingsvragen te stellen. Vragen over iets waar ze meer over willen weten of wat ze nog niet helemaal duidelijk is.

Daarna stelt de docent de verbindingsvraag aan de deelnemers of ze kunnen vertellen over een keer dat ze iemand hebben ontmoet, en dat deze ontmoeting een grote kans bleek voor beiden of voor een van beiden en hoe dat zich ontwikkelde ...

In de vertelkring komen twee deelnemers komen aan de beurt, het is als model en opwarmer bedoeld naast dat het voor de verteller een oefening is. Het is vrijwillig.
Een manier om het proces van vertellen bij te sturen is het inzetten van extra vragen om het onderwerp te verbreden of toe te spitsen. Bijvoorbeeld: Kun je vertellen over een ontmoeting die tot een kans leidde die je niet hebben genomen?

Als de docent merkt dat deelnemers nog geen aansluiting hebben kan zij/hij nog een tweede ervaring vertellen waarbij een andere kant van het onderwerp belicht wordt. Het benoemen van diverse invalshoeken om aan te denken bij het herinneren van iets wat je hebt meegemaakt, creëert ruimte. Op deze manier kan de docent het vertellen toegankelijk maken voor de deelnemers.

Voorbereiden
  • De docent bereidt zijn eigen ervaring voor en de verbindingsvraag.
  • De docent bedenkt van te voren een aantal invalshoeken die passen bij het onderwerp waarmee de deelnemers verder aan de slag gaan.


Lijstje maken en kiezen

Duur ± 5 minuten / de hele groep
Instructie voor de deelnemers

De docent vraagt de deelnemers om zich verschillende ervaringen te herinneren dat ze meemaakten dat ze dat een dier een vriend van ze werd ...

Het gaat om drie of twee ervaringen die ze zich helder en goed herinneren. Daar maken ze een lijstje van met één woord als aanduiding (1:2:3). Het lijstje is privé. Ze kiezen de ervaring waarbij ze zich comfortabel voelen om hem te delen met de groep en die ze zich nog goed met details herinneren.

Voorbereiden
  • Elke deelnemer een A6-je (zonder lijntjes).
  • Eén zwarte pen per deelnemer.