Opmaat BV2: verschil tussen versies

Regel 30: Regel 30:
 
<h5>'''''Improvisatie spel: En dan … '''''</h5>
 
<h5>'''''Improvisatie spel: En dan … '''''</h5>
 
   <div class="mw-collapsible-content">
 
   <div class="mw-collapsible-content">
De docent staat in het midden en de deelnemers zeggen om de beurt welke situatie de docent moet uitbeelden. Een deelnemer zegt bijvoorbeeld: ‘De docent is aan het fietsen.' Daarna beeldt de docent uit dat hij aan het fietsen is. Een andere deelnemer zegt dat de docent over een spijker heen fietst. De docent beeldt uit hoe dat gaat. Zo kan de docent een heel avontuur meemaken en verbeelden, zowel in woord als gebaar. De docent kan daarna één of twee andere deelnemers vragen om het ook te doen. Het leiderschap gaat vaak ook op een natuurlijke manier over van de docent op de deelnemers.
+
De docent staat in het midden en de deelnemers zeggen om de beurt welke situatie de docent moet uitbeelden. Een deelnemer zegt bijvoorbeeld: ‘De docent is aan het fietsen.' Daarna beeldt de docent uit dat hij aan het fietsen is. Een andere deelnemer zegt dat de docent over een spijker heen fietst. De docent beeldt uit hoe dat gaat. Zo kan de docent een heel avontuur meemaken en verbeelden, zowel in woord als gebaar. De docent kan daarna één of twee andere deelnemers vragen om het ook te doen.
 
<br>
 
<br>
 
<br>
 
<br>
''Effect van deze activiteit: Kwetsbaar zijn omdat je jezelf aan de groep toevertrouwt, de deelnemers moeten zich inleven in de ontstane situatie, verantwoordelijkheid nemen, hun fantasie gebruiken en samenwerken''
+
''Effect van deze activiteit: Kwetsbaar zkunnen opstellen doordat je jezelf aan de groep toevertrouwt, de deelnemers moeten zich inleven in de ontstane situatie, verantwoordelijkheid nemen, hun fantasie gebruiken en samenwerken. Het leiderschap gaat vaak op een natuurlijke manier over van de docent op de deelnemers.''
 
</div>
 
</div>
 
</div>
 
</div>

Versie van 18 nov 2020 09:33

naar hoofdmenunaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarBV2.jpeg

Beter Verwoorden 2 Bezeerd

Opmaat


Vooraf
Duur ± 2 minuten / de hele groep

De deelnemers zitten in een kring. Op het bord of de flip-over staat de structuur van de les. De docent kan die ook nog even bespreken.

Energieke oefening of Spel

Duur: ± 5 minuten/ Hele groep
Pim-pam-pet

Iedereen staat in de kring. De woorden pim-pam-pet worden uitgesproken door drie deelnemers die naast elkaar staan in de kring. Nummer een zegt 'pim', nummer twee 'pam' en nummer drie 'pet' (tegen de klok in). Elk van hen wijst naar een ander in de groep terwijl hij zijn woord zegt. De eerste twee, de pim en de pam, gelden als afleiders in het spel; het gaat om degene die wordt aangewezen door nummer drie, de pet. Bij die persoon begint de pim-pam-petreeks namelijk opnieuw met ‘pim’. Enzovoort.

Effect van het spel: aandacht, focus en fysieke ruimte die je durft in te nemen met je verbale en non-verbale taal

Fysieke activiteit passend bij het onderwerp

Duur: ± 10 minuten/ Hele groep
Improvisatie spel: En dan …

De docent staat in het midden en de deelnemers zeggen om de beurt welke situatie de docent moet uitbeelden. Een deelnemer zegt bijvoorbeeld: ‘De docent is aan het fietsen.' Daarna beeldt de docent uit dat hij aan het fietsen is. Een andere deelnemer zegt dat de docent over een spijker heen fietst. De docent beeldt uit hoe dat gaat. Zo kan de docent een heel avontuur meemaken en verbeelden, zowel in woord als gebaar. De docent kan daarna één of twee andere deelnemers vragen om het ook te doen.

Effect van deze activiteit: Kwetsbaar zkunnen opstellen doordat je jezelf aan de groep toevertrouwt, de deelnemers moeten zich inleven in de ontstane situatie, verantwoordelijkheid nemen, hun fantasie gebruiken en samenwerken. Het leiderschap gaat vaak op een natuurlijke manier over van de docent op de deelnemers.