Verdiepen BV7: verschil tussen versies

(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Kopweg}} {{BV7}} <h3>Verdiepen bij les 7 Groei</h3> <br> <h4>Dichten, muziek en/of toneel (Duur ± 10 minuten / de hele groep)</h4> De deelnemers gaan korte gedi...')
 
Regel 5: Regel 5:
 
<br>
 
<br>
 
<h4>Dichten, muziek en/of toneel (Duur ± 10 minuten / de hele groep)</h4>
 
<h4>Dichten, muziek en/of toneel (Duur ± 10 minuten / de hele groep)</h4>
De deelnemers gaan korte gedichtjes van 11 woorden maken (elfjes). De leerkracht laat de deelnemers een woord uit hun tekst kiezen om mee te beginnen. Het format van een elfje is: regel 1=1 woord, regel 2=2 woorden, regel 3=3 woorden, regel 4=4 woorden, regel 5=1 woord. De docent begeleidt per regel. Het eerste woord hebben de deelnemers gekozen. Regel twee: twee woorden die iets zeggen over je eerste woord. Regel drie: drie woorden over hoe het ruikt. Regel vier: vier woorden over de plek. Regel vijf: een laatste woord ter afsluiting of het eerste woord wordt herhaald. De instructies bij iedere regel kunnen variëren. In een groep met deelnemers die gewend zijn te werken met elfjes kun je ook tweetallen maken en ze elkaar laten begeleiden. Na het schrijven van 2 à 3 elfjes kiest de schrijver er eentje uit en gaat die voordragen. Zijn teamgenoot begeleidt hem met een beat of klanken bij de presentatie.
+
De deelnemers gaan korte gedichtjes van 11 woorden maken (elfjes). Het format van een elfje is: regel 1=1 woord, regel 2=2 woorden, regel 3=3woorden, regel 4=4 woorden, regel 5=1 woord.  
 +
<h5>Instructie voor de deelnemers</h5>
 +
De docent laat de deelnemers een woord uit hun tekst kiezen om mee te beginnen.<br>
 +
De docent begeleidt per regel.<br>
 +
Regel 1 = Het eerste woord dat jullie hebben gekozen uit jullie tekst.<br>
 +
Regel 2 = Twee woorden die iets zeggen over je eerste woord.<br>
 +
Regel 3 = Drie woorden over hoe het ruikt.<br>
 +
Regel 4 = Vier woorden over de plek.<br>
 +
Regel 5 = Een laatste woord ter afsluiting of het eerste woord herhaalt.<br>
 +
De instructies bij iedere regel kunnen variëren. In een groep met deelnemers die gewend zijn te werken met elfjes kun je ook tweetallen maken en ze elkaar laten begeleiden. Na het schrijven van 2 a 3 elfjes kiest de schrijver er eentje uit en gaat die voordragen. Zijn teamgenoot begeleidt hem met een beat of klanken bij de presentatie.
 
<br>
 
<br>
<h5>Keuze van de docent</h5>
 
Als de docent de deelnemers extra wil stimuleren kan zij/hij er voor kiezen een quiz te maken (er zijn voldoende apps beschikbaar) met geluidsfragmenten die de deelnemers kunnen afluisteren op hun mobiel en dan kunnen aangeven welk dier dat ze denken te hebben gehoord.
 
 
<br>
 
<br>
<br>
+
''Samenwerken, muzikaliteit van woorden, associëren, ontspannen en plezier''
''Samenwerken, associëren, ontspannen en plezier''
+
<h5>Voorbereiden</h5>
 +
* De docent bereidt drie A5 papier per leerling.
 +
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=Beter Verwoorden|Les={{BASEPAGENAME}}}}
 +
 
 +
 
 +
 
 +
 
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=Beter Verwoorden|Les={{BASEPAGENAME}}}}
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=Beter Verwoorden|Les={{BASEPAGENAME}}}}

Versie van 10 dec 2019 17:44

naar hoofdmenunaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarBV7.jpeg

Verdiepen bij les 7 Groei


Dichten, muziek en/of toneel (Duur ± 10 minuten / de hele groep)

De deelnemers gaan korte gedichtjes van 11 woorden maken (elfjes). Het format van een elfje is: regel 1=1 woord, regel 2=2 woorden, regel 3=3woorden, regel 4=4 woorden, regel 5=1 woord.

Instructie voor de deelnemers

De docent laat de deelnemers een woord uit hun tekst kiezen om mee te beginnen.
De docent begeleidt per regel.
Regel 1 = Het eerste woord dat jullie hebben gekozen uit jullie tekst.
Regel 2 = Twee woorden die iets zeggen over je eerste woord.
Regel 3 = Drie woorden over hoe het ruikt.
Regel 4 = Vier woorden over de plek.
Regel 5 = Een laatste woord ter afsluiting of het eerste woord herhaalt.
De instructies bij iedere regel kunnen variëren. In een groep met deelnemers die gewend zijn te werken met elfjes kun je ook tweetallen maken en ze elkaar laten begeleiden. Na het schrijven van 2 a 3 elfjes kiest de schrijver er eentje uit en gaat die voordragen. Zijn teamgenoot begeleidt hem met een beat of klanken bij de presentatie.

Samenwerken, muzikaliteit van woorden, associëren, ontspannen en plezier

Voorbereiden
  • De docent bereidt drie A5 papier per leerling.