Dagdroom Stap 1-2 Tekst Schrijven: verschil tussen versies

(Nieuwe pagina aangemaakt met '__NOTOC__ {{kopweg}} <div class="row"> <div class="small-3 columns"> <imagemap> Image:Icoon Lees Les 9.png|thumb|center|{{{1|200px}}}| rect 22 47 276 280 Dagdroom...')
 
k (Tekst vervangen - "thumb" door "frameless")
 
(4 tussenliggende versies door een andere gebruiker niet weergegeven)
Regel 4: Regel 4:
 
<div class="small-3 columns">
 
<div class="small-3 columns">
 
<imagemap>
 
<imagemap>
Image:Icoon Lees Les 9.png|thumb|center|{{{1|200px}}}|
+
Image:Icoon Lees Les 9.png|frameless|center|{{{1|200px}}}|
 
rect 22 47 276 280 [[Dagdroom|Start Lees Les 9]]
 
rect 22 47 276 280 [[Dagdroom|Start Lees Les 9]]
 
</imagemap>
 
</imagemap>
Regel 21: Regel 21:
 
</div>
 
</div>
 
<div class="small-9 columns">
 
<div class="small-9 columns">
<h4>[[Laat Je Zien: Lijstje en Kiezen|1. Lijstje maken en kiezen (Duur ± 5 minuten)]]</h4>
+
<h4>1. Lijstje maken en kiezen (Duur ± 5 minuten)</h4>
De docent vraagt de leerlingen om zich verschillende keren te herinneren dat:
+
De docent vraagt de leerlingen om zich verschillende keren te herinneren dat ze zich bewust werden van de rol die ze in iemands leven vervullen of dat ze zich bewust werden van de rol die een ander in hun leven vervult.<br>
. …"<br>
+
<h5>Alternatief</h5>
Op het blaadje noteren de leerlingen de verschillende ervaringen die ze hebben gehad, ongeveer drie maar twee is ook goed. In uiterste geval voldoet een ook maar dan kan de leerling niet kiezen.
+
Een ervaring dat je gezien werd of niet gezien bent. Bijvoorbeeld de docent vraagt de leerlingen te vertellen over een keer dat je ergens was en merkte dat iemand je echt zag of een keer dat je ergens was en je iemand anders echt zag.
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed">
+
{{Instructie schrijven}}
Dit lijstje
 
    <div class="mw-collapsible-content">
 
is strikt persoonlijk en is bedoeld om de leerlingen een van de herinnerde gebeurtenissen te laten kiezen om mee aan de slag te gaan.<br>
 
<br>
 
De instructie bij het kiezen is: Kies nu een van de gebeurtenissen uit die je je hebt herinnerd, waar je je comfortabel bij voelt om die te delen en die je je nog goed herinnert. Dit is belangrijk voor de veiligheidsbeleving van de leerlingen. Zo delen de leerlingen niet de eerste de beste herinnering zonder zich bewust te zijn van of ze die wel willen delen in de groep.<br>
 
Nu geeft de docent aan dat de leerlingen de ervaring omcirkelen die ze gaan delen. De docent vraagt en kijkt even of iedereen een ervaring heeft gekozen en omcirkelt.<br>
 
  </div>
 
</div>
 
<h5>Voorbereiden</h5>
 
* Elke deelnemer een A6-je (zonder lijntjes).
 
* Eén zwarte pen per deelnemer.<br>
 
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed">
 
<h4>[[Laat Je Zien: Twee aan Twee|2. Twee aan twee vertellen (Duur ±6 á 10 minuten)]]</h4>
 
    <div class="mw-collapsible-content">
 
De leerlingen werken in teams van twee en vertellen aan elkaar een voor een de door henzelf gekozen ervaring. Bij twijfel graag even kijken bij de instructies bij de methodologie van Laat Je Zien door op de kop hierboven te klikken.<br>
 
<br>
 
  </div>
 
</div>
 
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed">
 
<h4>[[Laat Je Zien: Kladversie|3. Text in het klad schrijven (Duur ± 5 minuten)]]</h4>
 
    <div class="mw-collapsible-content">
 
De leerlingen schrijven hun verhaal zoals ze het hebben verteld. De docent geeft aan dat de leerlingen nagaan of ze de zaken die ze extra hebben verteld naar aanleiding van de vragen van hun gesprekspartner in hun verhaal kunnen opnemen. Nu hebben ze een eerste versie van hun tekst.
 
  </div>
 
</div>
 
<h5>Voorbereiden</h5>
 
* Iedere deelnemer krijgt een A5’je (zonder lijntjes).<br>
 
<br>
 
Tot hier aan toe is het belangrijk de opeenvolgende activiteiten zonder onderbreking te volbrengen. Nu zijn de teksten van alle leerlingen in het klad geschreven. De docent kan vanaf nu de activiteiten indelen naar gelang de mogelijkheden in de planning.<br>
 
<br>
 
Door met [[Dagdroom Stap 2-1 Vragen|Stap 2-1]] Kenniskant-Vragen.<br>
 
<br>
 
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed">
 
<h4>[[Laat Je Zien: Redigeren in Tweetallen|4. Tussentijds voorlezen en redigeren in teams]] (Duur ± 10 minuten)</h4>
 
    <div class="mw-collapsible-content">
 
Twee aan twee lezen de deelnemers elkaars tekst voor. De schrijver kan zo aandachtig luisteren en ervaren of zijn tekst qua ritme, zinsbouw en inhoud klopt. De lezer oefent zijn lezen (uitspraak, verstaanbaarheid en ritme).
 
Daarna draaien de rollen om. Zo kan iedereen zijn tekst horen, een voorbereiding op het redigeren.<br>
 
Nu krijgt iedere schrijver de kans om aanpassingen te doen in haar/zijn tekst. Vervolgens wisselen ze hun teksten weer uit. Nu lezen ze ieder de tekst van hun teamgenoot en onderstrepen de woorden of zinsstructuren waar ze vragen over hebben. Daarna gaan de deelnemers in hun team kijken naar de vragen die er zijn. Ze kijken of ze samen tot oplossingen kunnen komen met behulp van woordenboeken en grammaticaregels.<br>
 
Ze kunnen ook de docent benaderen met vragen. De docent schrijft antwoorden over spelling op het bord waardoor een klassikaal woordenboek ontstaat.<br>
 
<br>
 
Als de groep meer gevorderd is kun je een ‘editing bureau’ opzetten. Een groep deelnemers checkt de verhalen op spelfouten, interpunctie en zinsbouw. Ze verbeteren de tekst niet, maar onderstrepen de woorden waar iets mee is. Elke week rouleert deze groep zodat iedereen aan bod komt.<br>
 
<br>
 
De docent kan ook kiezen voor een [[Klassikale behandeling van een tekst|klassikale behandeling van een tekst]].
 
  </div>
 
</div>
 
<div class="toccolours mw-collapsible mw-collapsed">
 
<h4>5. Text in het net schrijven (Duur ± 5 minuten)</h4>
 
    <div class="mw-collapsible-content">
 
De teksten in het klad worden door de deelnemers overgenomen in het net op de speciaal daarvoor bestemde drieluik antwoordblad dat iedere deelnemer heeft voor het werk in het net.
 
  </div>
 
</div>
 
<h5>Voorbereiden</h5>
 
* Papier (Voorbereid naar uiteindelijke presentatie vorm.)<br>
 
* Drieluik antwoordblad middendeel.
 
<br>
 
<br>
 
Via de onderstaande iconen kunt u naar de lessen uit de voorbeeldserie [[WAT IS NEGEN X GRUNBERG?|'''Negen x Grunberg''']]
 
<br>
 
{{Leesserie}}
 
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=|Les={{BASEPAGENAME}}}}
 
{{#set: Theorie=Laat Je Zien|Module=|Serie=|Les={{BASEPAGENAME}}}}
  
 
[[Categorie:Bij Negen X Grunberg Dagdroom Les 9]]
 
[[Categorie:Bij Negen X Grunberg Dagdroom Les 9]]

Huidige versie van 1 okt 2022 om 17:51


Start Lees Les 9Icoon Lees Les 9.png
Over deze afbeelding

Stap 1-2 Instructie Tekst Schrijven (Duur ± 30 minuten)


Negen X Grunberg Les 8 Dagdroom


Centrum drieluik-werkstructuur
Fysieke Oefeningen?Eigen Ervaring?Beeld ?Tekst ?Kenniskant Drieluik ?Exploreren ahv Vragen ?Kennis Verdiepen ?Fysieke Oefeningen?Actiekant Drieluik ?Samenbrengen Oud & Nieuw ?Verdiepen Richting Praktijk?Beslissing - Uitvoering ?Persoonlijke Ontwikkeling ?Reflectie & Evaluatie ?Nieuwe Ervaring ?GA LAAT JE ZIEN WERKSTRUCTUUR.png

1. Lijstje maken en kiezen (Duur ± 5 minuten)

De docent vraagt de leerlingen om zich verschillende keren te herinneren dat ze zich bewust werden van de rol die ze in iemands leven vervullen of dat ze zich bewust werden van de rol die een ander in hun leven vervult.

Alternatief

Een ervaring dat je gezien werd of niet gezien bent. Bijvoorbeeld de docent vraagt de leerlingen te vertellen over een keer dat je ergens was en merkte dat iemand je echt zag of een keer dat je ergens was en je iemand anders echt zag.


Op het blaadje noteren de leerlingen met een woord de verschillende ervaringen die ze hebben gehad. Meer?

De deelnemers maken na de vertelkring associatief een lijstje van drie verschillende eigen ervaringen die ze zich herinneren bij het onderwerp uit de vertelkring. De docent herhaalt de verbindingsvraag om alle leerlingen nog een keer te focussen.
Het gaat om drie of twee ervaringen die ze zich helder en goed herinneren. Daar maken ze een lijstje van met één woord als aanduiding (1:2:3). Het lijstje is privé. Ze kiezen de ervaring waarbij ze zich comfortabel voelen om hem te delen met de groep en die ze zich nog goed met details herinneren.

Het geeft de deelnemers controle over de herinnerde belevenissen. Zo kunnen ze gericht kiezen welke belevenis ze willen delen met anderen en waar ze nu zin in hebben om mee aan het werk te gaan. Dit is belangrijk voor het gevoel van veiligheid en voor de intrinsieke motivatie. Daarnaast is het maken van een lijstje een oefening in ordenen.

De docent vraagt of iedereen minimaal 1 maar bij voorkeur 2 of 3 ervaringen heeft staan op zijn lijstje. Daarna vraagt de docent de leerlingen de ervaring te omcirkelen die ze gaan delen. Hij herinnert de deelnemers dat ze die ervaring kiezen die ze willen delen met hun teamgenoot en de groep. De docent kijkt even of iedereen een ervaring heeft gekozen en omcirkelt en gaat door met het twee aan twee vertellen.

Voorbeeld

Thema: vertellen over een keer dat je te laat was of dat iemand anders te laat was.
Docent vertelt:
Ik zit aan de telefoon. Daniël staat onder de douche. Ik hoor hem zingen en praten. Hij speelt met zijn gogo’s en laat het water over zich heen spoelen. Na een tijdje zeg ik: ‘Ik hoor niets meer.’ Ik hang op en ga kijken. Daar zie ik hem zitten. Het water stroomt en hij slaapt. Ik doe de douche uit en pak een handdoek. Daniël wordt wakker als ik hem oppak. Hij laat zich wentelen in de warme handdoek en ik neem hem op schoot. ‘Ik was in slaap gevallen? Toch?’

Lijstje van de docent voor het vertellen over de douche en Daniël was:

  1. Platte band
  2. Douche
  3. Ziekenhuis


De keuze voor het vertellen was nummer twee.

Voorbereiden
  • Elke deelnemer een A6-je (zonder lijntjes).
  • Eén zwarte pen per deelnemer.

2. Twee aan twee vertellen (Duur ±6 á 10 minuten)

De leerlingen werken in teams van twee en vertellen aan elkaar een voor een de door henzelf gekozen ervaring.

De docent deelt de leerlingen in, in teams van twee, en geeft aan welke leerling één is en welke leerling twee. Bij oneven aantal leerlingen is er één groepje van drie. Dan gaan ze aan de slag in hun team. De nummers één vertellen hun gekozen ervaring aan de nummers twee. De nummers twee luisteren en stellen aan het einde vragen. Dit is van belang want het is geen gesprek maar een verbale oefening voor het schrijven. Soms geeft de docent aan hoeveel vragen, alleen als de leerlingen moeite hiermee hebben. Ook kan blijken dat het nodig is om extra aandacht te besteden aan wat voor een vragen er gesteld kunnen worden.

Na een vooraf vastgestelde tijd (3 á 5 minuten) en een afgesproken sein (klappen in handen, een belletje etc.) draaien de rollen om en luisteren de nummers één en vertellen de nummers twee. Het eventuele groepje van drie begeleiden en iets meer tijd geven.

Om de aandacht te focussen noemt de docent kort de volgende punten:

  • Stel vragen ter verduidelijking; wat was nog niet helder?
  • Vraag door over iets waar je nog meer van wilt weten.
  • Stel minimaal één vraag over zintuiglijke waarneming (reuk, zien, horen, voelen, proeven).


De docent kan ook aangeven dat de leerlingen minimaal twee a drie open vragen stellen.

Om de leerlingen in gevarieerde tweetallen te laten werken kan de docent bij het binnenkomen van de les of vooraf aan deze activiteit de leerlingen bijvoorbeeld gekleurde papiertjes laten trekken en dan degene die het papiertje heeft met dezelfde kleur te zoeken, samen vormen deze twee een team. Het kan ook gedaan worden door de verjaardagen na te gaan en dan opeenvolgende verjaardagen samen te laten werken. En zo meer...

Voorbereiden
  • Belletjes, of ander instrument dat geluid maakt.

3. Text in het klad schrijven (Duur ± 5 minuten)

Voorbereiden
  • Iedere deelnemer krijgt een A5’je (zonder lijntjes).


Tot hier aan toe is het belangrijk de opeenvolgende activiteiten zonder onderbreking te volbrengen. Nu zijn de teksten van alle leerlingen in het klad geschreven. De docent kan vanaf nu de activiteiten indelen naar gelang de mogelijkheden in de planning.

Keuze nu

of

  • de teksten redigeren.


4. Tussentijds voorlezen en redigeren in teams (Duur ± 5 minuten / 50 minuten)

In toepassing van de werkstructuur in het onderwijs wordt er altijd aandacht besteed aan het herlezen en herschrijven van de tekst. Daarvoor zijn verschillende mogelijkheden:

  • zelfstandig redigeren
  • in tweetallen redigeren, een lichte variant en een intensievere variant
  • klassikaal behandelen van een tekst
  • editing bureau

5. Text in het net schrijven (Duur ± 5 minuten)

De teksten in het klad worden door de deelnemers overgenomen in het net op het speciaal daarvoor bestemde drieluik antwoordblad dat iedere deelnemer heeft voor het werk in het net.

Voorbereiden
  • Papier (Voorbereid naar uiteindelijke presentatie vorm.)
  • Drieluik antwoordblad middendeel.