Samenbrengen B

Samenbrengen

Les: Waar je bereid bent om te sterven

De activiteiten zijn gericht op het samenbrengen van een eigen ervaring, oude en nieuwe kennis en een toepassing richting de praktijk. In de les Bereid is de keuze gemaakt om naast de roman De Joodse Messias aandacht te besteden aan het interview. Er zijn verschillende opdrachten mogelijk. De docent kan een eigen selectie maken.

Interviewen oefenen en het inleven in een personage

Duur: ±1 week thuis en op school - Tweetallen

De deelnemers kiezen een van de personages van de roman uit om een kort interview mee te houden. Ze werken in tweetallen. Iedere deelnemer bereidt zelf een aantal interviewvragen voor. In het tweetal start een als interviewer en de ander als het personage uit het boek voor wie de vragen zijn voorbereid. Vanuit dat personage beantwoordt de deelnemer de vragen.

Extra mogelijkheid bij interview met romankarakter

Duur: ±1 week thuis en op school - Tweetallen of individueel

Met de telefoon nemen de deelnemers het interview op. Later kunnen ze dit dan uitwerken tot een clip en aan de groep presenteren.

Voorbereiden

• Drieluik-antwoordblad: indeling rechterzijde. Als er onvoldoende ruimte is, een extra blad aanhechten.

Afsluiten

• Als er voldoende aandacht is gegeven aan het samenbrengen van oude en nieuwe kennis en toepassingen in de praktijk, is het tijd om door te gaan met een beetje ontspanning. Dat kan door het maken van een illustratie;
• De docent maakt een afspraak met de deelnemers over de presentatie. Deze kan alleen in klassikaal verband plaatsvinden of iets groter, bijvoorbeeld met ouders of openbaar bij een bibliotheek.

Interview met je eigen hoofdpersoon

Duur: ± 30 Minuten - Tweetallen

De deelnemers gaan uit van de eigen ervaring waarmee deze les is gestart. De ervaring gaat dus over een keer dat ze verrast werden door hun eigen lichaam of dat ze betrokken waren bij een situatie waarin iemand anders werd verrast door zijn lichaam. Ze stellen zich op als een interviewer en bereiden vragen voor om te stellen aan de hoofdpersoon uit het verhaal over de ervaring. De deelnemers werken in tweetallen. De docent kan kiezen tussen twee varianten voor deze opdracht:

1. In het interview blijft de deelnemer de hoofdpersoon waarover hijzelf geschreven heeft. Dus de teamgenoot bevraagt als interviewer hem over de ervaring waar hij zelf bij betrokken is geweest.
2. Bij het interview wisselen de teamgenoten van verhaal: de ervaring van teamgenoot 1 wordt het verhaal van teamgenoot 2, en omgekeerd. Degene die de interviewer is, stelt vragen aan degene die zich inleeft in zijn verhaal. De antwoorden worden zo meer fictie. Het perspectief verandert. De deelnemers leven zich in elkaars situatie in en geven antwoord zoals ze zich kunnen voorstellen dat de hoofdpersoon uit het verhaal van de ander zou doen.

Voorbereiden

• Blaadjes en pennen klaarleggen om de interviews op te schrijven. Het kan ook zijn dat de deelnemers het interview opnemen en later uitwerken. De docent kan dit bepalen aan de hand van de prioriteiten die hij/zij wil leggen.

Huiswerk

• De docent vraagt aan de deelnemers om het interview dat ze hebben afgelegd thuis uit te werken en vorm te geven, kan ook digitaal of juist een keer niet. De docent kan aangeven dat ze het moeten vormgeven als het interview dat ze eerder hebben mee gebracht. Dit komt op de rechterzijde van het drieluik-antwoordblad te staan. Als het interview een digitale vorm krijgt kunnen de deelnemers een zin of een gedeelte kiezen om op het drieluik-antwoordblad neer te zetten.