Opmaat BV5

Versie door Marianne (overleg | bijdragen) op 10 dec 2019 om 14:42 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Kopweg}} {{BV5}} <h3>Opmaat bij de les 5 Vriendschap</h3> <br> <h5>De ruimte (Duur ± 2 minuten / de hele groep)</h5> De stoelen staan in een kring. Iedereen zit...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
naar hoofdmenunaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarnaarBV5.jpeg

Opmaat bij de les 5 Vriendschap


De ruimte (Duur ± 2 minuten / de hele groep)

De stoelen staan in een kring. Iedereen zit. Op het bord / flip-over staat de structuur van de les. De docent kan dit ook nog even bespreken.


Energieke Dynamiek (Duur ± 10 minuten / de hele groep)

Vertrouwensoefening
De groep wordt in kleine kringen verdeeld van ongeveer 8 deelnemers. Eén deelnemer gaat in het midden staan en de anderen staan er in een kleine cirkel omheen, met hun rechterbeen naar voren en hun linkerbeen naar achteren. De persoon in het midden gaat zich laten vallen en wordt opgevangen door de groep. Degene die zich laat vallen wordt altijd door vier personen tegelijk opgevangen. De vangers raken de persoon die valt bij de rechter- en linkerschouder en duwen de persoon zachtjes naar het midden. Naar gelang er meer vertrouwen is kun je variëren in afstand en snelheid. Dit is een fysieke vertrouwensoefening. De deelnemers moeten samenwerken en zich kunnen inleven in de persoon in het midden en alert zijn. Daarnaast worden alle deelnemers aangesproken op een mate van zelfcontrole. Degene die in het midden staat moet op de anderen vertrouwen. Maar alle deelnemers moeten op zichzelf vertrouwen individueel en als groep.

Alerte aandacht, vertrouwen, durf, samenwerking en ontspanning/ plezier

Dynamiek passend bij het onderwerp (Duur ± 10 minuten / de hele groep)

Ja en nee spel
De deelnemers gaan in tweetallen tegenover elkaar staan (nummers 1 & 2). Nummers 1 zeggen alleen maar JA en de nummers 2 zeggen alleen maar NEE. Deze ja en nee dialoog blijven ze herhalen. De gedachte achter deze dynamiek is dat als de deelnemers goed naar elkaar luisteren en daardoor elkaars klankkleur overnemen er een dialoog ontstaat met deze twee eenvoudige woorden. De toeschouwer hoort een dialoog door middel van de intenties van de spelers en krijgt daardoor een eigen beeld met verhaal. Je komt met het JA en NEE in een stroom en je weet niet hoe het gaat lopen. De docent stopt de oefening.

Oefenen van de stem, klankkleuren, verbeelding, inleving, nieuwsgierigheid en samenwerking